Blog
Hoe Zouden We Cannabissoorten In De Toekomst Een Naam Moeten Geven?
3 min

Hoe Zouden We Cannabissoorten In De Toekomst Een Naam Moeten Geven?

3 min

Momenteel leven we in het wilde westen van de legale en semilegale cannabismarkt. En nergens is de chaos, creativiteit en de vindingrijkheid van de cannabiscultuur duidelijker dan in het geval van de naamgeving. Zouden we hier een nieuw systeem voor moeten ontwikkelen, nu cannabisgebruik steeds algemener wordt?

We hebben allemaal onze favoriete soorten met prachtige namen. Denk aan de gouwe ouwe Sour Diesel, de strakke White Widow en de mystieke Northern Lights. Maar waar komen deze namen vandaan?

Om deze vraag te beantwoorden, reizen we terug in de tijd. We gaan naar de oorsprong van de naamgeving en onderzoeken de ontwikkeling door de jaren heen.

DE GESCHIEDENIS VAN DE NAAMGEVING VAN SOORTEN

DE GESCHIEDENIS VAN DE NAAMGEVING VAN SOORTEN

Het toewijzen van namen aan soorten begon in de jaren '60. Kwekers reisden de wereld af om hoogwaardige genetica te vinden en aan de groeiende vraag te voldoen. De vroege soorten werden voornamelijk vernoemd naar de regio waar ze vandaan kwamen. Denk aan Panama Red, Durban Poison, Afghan Kush, Columbian Gold, enzovoorts.

Mettertijd werden soorten gekruist om de effecten, smaken, weerstand tegen plagen en opbrengst te verbeteren. De afstammelingen kregen creatieve namen. Sommige werden vernoemd naar hun effecten, zoals Blue Dream, Painkiller XL en Blue Mystic. Andere kregen een naam die paste bij de smaak. Voorbeelden zijn Sour Diesel, **Blueberry en Skunk. Er werden ook soorten vernoemd naar beroemdheden, fictieve personages en iconen uit de wietwereld, zoals Jack Herer en Bruce Banner.

Bij het kruisen om een nieuwe soort te ontwikkelen, krijgt de kruising vaak een slimme naam waarin elementen van de namen van de ouders zijn gecombineerd. Uit Blueberry en White Widow is bijvoorbeeld White Berry voortgekomen. De combi Mad Scientist en Time Wreck heeft geleid tot Dr. Who. En Granddaddy Purple en Haze hebben Purple Haze voortgebracht.

PROBLEMEN MET HET HUIDIGE NAAMSYSTEEM

PROBLEMEN MET HET HUIDIGE NAAMSYSTEEM

Inmiddels heb je vast wel door dat breeders enige regels volgen bij het benoemen van soorten. Maar over het algemeen is het proces vrij willekeurig. Dit werkt soms zeker in het geval van slimme namen, zoals hierboven. Dat is echter minder zo als ze namen kiezen als Purple Monkey Balls, Abusive OG en Cat Piss (allemaal echte soorten).

Zelfs als breeders kiezen voor hoogwaardige namen, leidt het gebrek aan richtlijnen soms tot verwarring. Dit kan onschuldig zijn, zoals wanneer onafhankelijke soorten soortgelijke namen krijgen, maar is af en toe ook opzettelijk gedaan. In de jaren '90 verschenen bijvoorbeeld diverse planten met "Diesel" in hun naam. Dit wekte onterecht de indruk dat ze verwant waren aan de ontzettend populaire Sour Diesel. Bovendien weerhoudt niets een onethische teler ervan een plant te voorzien van een naam van een meer populaire en waardevolle soort. Nu het kweken van cannabis steeds populairder wordt en er wereldwijd meer en meer nieuwe soorten ontstaan, zijn er dan ook velen die stellen dat de cannabiscommunity een meer gestandaardiseerd naamsysteem zou moeten ontwikkelen.

JORGE CERVANTES EN DE WEG NAAR GESTANDAARDISEERDE GENETICA

JORGE CERVANTES EN DE WEG NAAR GESTANDAARDISEERDE GENETICA

Jorge Cervantes is een gevierd auteur en onderzoeker. Met zijn eerste boek, 'Indoor Marijuana Horticulture', heeft hij in 2015 de Benjamin Franklin Award gewonnen. Dit werk is in zes talen vertaald. Cervantes staat achter Phylos Bioscience, een in Oregon gevestigd bedrijf. Hij gelooft dat deze onderneming ons naar het volgende paradigma brengt voor het standaardiseren van cannabisgenetica.

Phylos Bioscience is toegewijd aan "certificering van genen voor de leveringsketen van cannabis." De onderneming werkt aan een opensource-kaart van de genetische relaties tussen cannabissoorten. Het bedrijf voert daarbij testen uit op soorten. Hierdoor weten kwekers, verkopers en consumenten wat ze werkelijk in handen hebben.

Cervantes stelt: "Ik vind het prachtig wat Phylos Bioscience doet. Ze halen hun informatie uit zoveel mogelijk bronnen en daar helpen ze iedereen mee. Iedereen zou moeten deelnemen aan deze registratie van genen."

Hij gaat nog verder: "Als je soorten niet sorteert, is er geen consistentie. Je verkoopt medicijnen die niet te registreren zijn. Eerder werkte dat, maar het ligt nu veel ingewikkelder."

EEN UITWEG VOOR HET STANDAARDISEREN VAN NAMEN?

Galaxy-Map Van Phylos

Door genetica nauwkeurig in kaart te brengen, moeten breeders wel open zijn over hun soorten. Het maakt mogelijk ook de weg vrij voor een gestandaardiseerd systeem van naamgeving. De galaxy-map van Phylos is een stap in de goede richting: verschillende "clusters" van verwante soorten zouden moeten worden vernoemd naar de gedeelde genetische markers. Zou dit kunnen evolueren tot een gestandaardiseerd naamgevingssysteem? Moeten breeders hun soort laten onderzoeken voordat ze "Kush", "Diesel" of "Jack" in de naam mogen zetten?

Gaan copyright-wetten mogelijk ook een grotere rol spelen bij de naamgeving van cannabis? Copyright is al vaker een discussiepunt geweest. Een voorbeeld is GSC, voorheen bekend als Girl Scout Cookies. De breeders werden gedwongen de naam te veranderen. De Girl Scouts of the USA dreigde namelijk met juridische stappen. We kunnen ons een situatie voorstellen waarin breeders een handelsmerk toevoegen aan hun namen, waarbij ze de rechten verkopen in het geval van elementen daarvan. We zien nu al dat veredelaars bepaalde soorten "branden" met hun bedrijfsnaam. Een copyright op de naam zelf is nog maar een kleine stap.

Gerelateerd artikel

Nieuwe Zamnesia Strain: Girl Scout Cookies

We kunnen ons ook meer draconische mogelijkheden indenken. Denk aan genetische laboratoria die zelf namen toewijzen aan soorten, gebaseerd op 100% gestandaardiseerde wetenschappelijke formules. Zo'n lab stuurt dan bijvoorbeeld een berichtje over de geteste soort naar de breeder: "Gefeliciteerd. Je hebt Blue Kush 38-D ontwikkeld." Leuk is anders, maar het leidt wellicht wel tot een betere bescherming van consumenten.

Dit brengt ons op de volgende vraag: wie handhaaft deze standaarden? Reguleert de industrie zichzelf of zou de overheid dit moeten doen? Als de branche zelf niet met een oplossing komt, leidt de toenemende beschikbaarheid van genetische testen mogelijk tot rechtszaken. Een voorbeeld: een consument koopt White Widow. Het blijkt dat deze White Widow absoluut geen White Widow-genen bevat. De consument klaagt de coffeeshop aan en deze klaagt de breeder aan. Het resultaat van deze ellende leidt mogelijk tot door de overheid opgelegde regelgeving voor namen. Iedereen die de politieke debatten over wiet volgt, snapt dat dit geen goede resultaten oplevert. Daarom zou de industrie zelf duidelijke standaarden moeten bedenken voor de naamgeving en genetica, nu die kans er nog is.

Adam Parsons
Adam Parsons
Professioneel cannabisjournalist, copywriter en auteur Adam Parsons is al lang werkzaam bij Zamnesia. Hij behandelt een breed scala aan onderwerpen, van CBD tot psychedelica en alles daartussen. Adam schrijft blogartikelen, handleidingen en neemt een steeds groter wordend assortiment aan producten onder de loep.
Bronnen
Nieuws Onderzoek
Zoeken in categorieën
of
Zoeken